Dag 8: Afscheid van Beijing

Dag 8: Afscheid van Beijing Onze laatste dag alweer in deze waanzinnige, geweldige, chaotische, prachtige megastad. Ons dagplan was het BeiHai-park, ten noordwesten van de Verboden Stad aan de 'noordelijke zee' (lees: meer) gelegen. De aanleg van het park begon al in de 10e eeuw AD en werd door volgende dynastieën steeds verder uitgebreid en verfraaid. Keizer Qianlong, telg uit de Mingdynastie zette het werk van zijn voorgangers met smaak en zeer voortvarend voort. Wat hij naliet is een beeldschone plek met heuvels, bruggen, paviljoens, tempels, zorgvuldig aangelegde 'natuurlijke' paden en prachtige uitzichten. Na de waanzin van het stadsverkeer - een permanente zelfmoordpoging van iedereen die besluit van het trottoir af te gaan dan wel gemotoriseerd op de rijweg te verblijven - is het park een oase van rust en frisse lucht, met eeuwenoude, weelderig treurende treurwilgen langs de oever en keizerlijke gebouwen overal waar je kijkt. Wie erin wil moet toegang betalen (lokale 60+-ers mogen voor niets naar binnen), daarna is het park van iedereen. Er wordt gedanst, gevliegerd, gezeten en gepraat, gepicknickt en met roeibootjes gevaren. Omdat we al om kwart over tien in het park waren was het nog heel rustig, de toeristenhordes komen, hebben we deze week ervaren, pas 's middags. We hadden, ongelofelijk, het park bijna voor onszelf, een cadeautje op deze laatste dag. Geen haast en maar een paar dingen die we beslist niet wilden missen, zoals het Jade-eiland, de witte 'dagoba' en de 'Muur met Negen Draken'. Het 'Jadebloemeiland', ontstaan toen het meer werd vergroot en uitgediept, is door een witte marmeren brug met het vasteland verbonden. De grootste van de Boeddhistische tempels in BeiHai park is de Dagoba, een 36 m hoge, in 1651 gebouwde Tibetaanse stoepa die op het hoogste punt van het eiland boven de omgeving uit torent. De beklimming voelt haast als een bedevaart: steile trappen (dappere Marjon, ze liet zich niet kennen en is helemaal boven geweest!), op vele plaatsen Boeddha's waar nog altijd eer aan wordt bewezen, en op het hoogst bereikbare punt een vrijstaande, kleine ruimte, aan de buitenkant van onder tot boven bedekt met geglazuurde reliëftegels met kleine boeddhafiguren en binnen een grotere bronzen Boeddha. Een gewijde, indrukwekkende plek die we lang in ons geheugen zullen bewaren. Dat het Boeddhisme nog springlevend is bewijzen de bomen bij de tempels waar talloze rode gebedswensen in zijn gehangen. We kochten kaartjes voor de ferry naar het vasteland aan de overkant, maar maakten de overtocht (7 minuten varen...) pas nadat we hadden geluncht in het FangShan restaurant, gevestigd in een schitterend oud gebouw dat onderdeel is van de Lange Wandelgang langs het water, waar we bediend werden door ranke meisjes in traditionele klederdracht, compleet met hoofdtooi en houten schoentjes. Wandelend langs de oever volgden we het geluid van muziek. In het Paviljoen van de Vijf Draken, 5 in het meer gebouwde, ook weer geheel keizerlijk versierde paviljoens, werd Chinees karaoke beoefend: onder begeleiding van een geluidsband wordt er gezongen door vrouwen met vaak fantastisch mooie stemmen, terwijl op de bankjes in de paviljoens mensen ontspannen zitten te luisteren. Een oude man danste in zijn eentje, ik denk dat het bewegingen uit de Chinese opera waren, later werd zijn plaats ingenomen door een oudere vrouw die zo uitnodigend en aanstekelijk danste dat ze al snel gezelschap kreeg van anderen. We hebben er wel 45 minuten gezeten, heerlijk in de koelte genietend van China zónder toeristisch oogmerk. Heel bijzonder, onopgesmukt, zo vanzelfsprekend, zo niet bedoeld om te imponeren. Een mooier afscheid hadden we ons niet kunnen wensen. Gewone mensen die hun gewone eigen mensendingen deden en ons daar gul in lieten delen. En toen was het toch tijd voor de laatste stop... de Muur met de Negen Draken, waarop, behalve de 9 enorme geglazuurde reliëfdraken per kant, in totaal 635 draken zijn te tellen. Een van de eerste foto's die Jacob mij van zijn Jing liet zien is hier gemaakt. De details van hoe we thuis zijn gekomen zal ik jullie besparen, maar probeer je voor te stellen dat je in het spitsuur (het was pas kwart voor vier...) een taxi probeert aan te houden op een vierbaanssnelweg dwars door de stad en dat de chauffeur die uiteindelijk stopt a) de stad niet lijkt te kennen en b) geen kaart kan lezen... We deden nog wat boodschappen voor de treinreis van morgen, en sloten de dag af bij ons stamrestaurant met, dat moest toch wel, Pekingeend. Ik had nooit gedacht dat ik dit zou kunnen zeggen, maar na deze week weten we het zeker: we zullen Beijing missen!

Reacties

Reacties

M61

Nadat ik jullie dagelijkse verslagen heb gelezen en de foto's heb gezien, kan ik me dat 'missen' helemaal voorstellen. En misschien 'is the best yet to come' ... Ben benieuwd naar jullie ervaring met de Chinese spoorwegen. Hoop gauw weer een verslag te lezen.

Maddy

Wat heerlijk, een favoriete stad erbij!

Was weer een genot om te lezen, ben heeel benieuwd wat voor avonturen jullie nog meer gaan meemaken!

xx

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!