Dag 4: Toerisme 'China-style' voor één dag Het vooruitzicht van een bezoek aan de Grote Chinese Muur wierp al wekenlang zijn schaduw vooruit, en vandaag was het dan eindelijk zover. Om 7.20 am zou de
gids ons ophalen, dus we waren om 5.30 uit de veren en zaten stipt op tijd in de minibus waarmee bij nog drie hotels mensen zouden worden opgehaald. De rit erheen bood al een voorproefje van de
verkeersdrukte waar we de rest van de dag mee te maken zouden krijgen - zaterdag, dus iedereen met een auto trok de stad uit om van het stralende weer te profiteren. Oef... verkeersregels? Die
bestaan hier niet, lijkt het wel - iedereen, ongeacht het aantal wielen en de maat van het voertuig, stort zich in het verkeer, en ook onze minibuschauffeur wist behendig medeweggebruikers nét niet
aan te rijden. Gids William 'you can call me Bill' leidde het reisgezelschap af met verhalen en tips 'how to survive Beijing', wat neerkwam op een lijst waarschuwingen tegen counterfeit geld,
goedkope copieën van peperdure westerse consumentengoederen (de echte zijn in China wel te koop, maar tegen exorbitante prijzen), eten op straat, water drinken uit de kraan en de aanschaf van flesjes
bronwater bij verkopers langs de weg, en toen de chauffeur weer eens luid toerend een noodstop maakte merkte William droogjes op: 'we all cross the road'... en liet verdere toelichting achterwege. De
rit naar de Mingtombes - door Lonely Planet samen met de Grote Muur 'Beijing's winning double act' genoemd - duurde niet de beloofde 50 minuten maar minstens 2 uur, niet zo verwonderlijk als je weet
dat zeker de helft van de 75 kilometer erheen door de bebouwde kom gaat. Maar als je dan eenmaal oog in oog staat met Cháng Líng, de enorme, okergeel geglazuurde graftombe van keizer Yongle, vergeet
je het leed meteen, of in elk geval voor even, want onze William was, ondanks zijn voortreffelijke Chinglish (zijn eigen benaming), een tour guide van ware Chinese signatuur: gewapend met een
herkenningsvlag leidde hij ons 11 man en vrouw tellende internationale groepje van de ene fotolocatie naar de volgende, zorgde dat we toch iets meekregen van het indrukwekkende houten interieur
(geheel gebouwd met zwaluwstaartverbindingen!) en de historie van de Mingtombes, en ook nog wat te zien kregen van de onwaarschijnlijke grafschatten die er in het schemerduister liggen uitgestald.
'We moeten hier niet te lang blijven', was zijn verklaring voor de haast, ' we lopen over een graf en dat zuigt de qi (levensenergie) uit je weg.' En zo zaten we al na een kleine 45 minuten weer in
de bus, op weg naar wat een verkoopmoloch van jaden voorwerpen bleek te zijn. Een halve Ikea vol jade, verwerkt tot bibelots, sieraden, hebbedingen, mini-Tangpaardjes, maxiboeddha's, draken in alle
soorten en maten, en een horde allervriendelijkste maar zeer vasthoudende verkoopsters die nauwelijks af te schudden bleken. 'Kijken is kopen', leek het parool. Natuurlijk zijn ook wij voor de bijl
gegaan: drie jaden Tangpaardjes (copieën maar wel echte jade...), 4 cm hoog en 6 cm lang, mogen begin oktober mee terug naar Amsterdam. Van de bij deze dagexcursie inbegrepen Chinese lunch was het
meest opmerkelijke een bak helemaal niet zo slechte maar wel zeer onChinese frietjes. Leuk hoor, frites eten met stokjes! De file vlak voor Badaling was zo mogelijk nog erger dan wat we eerder die
ochtend hadden doorstaan, hoewel het eerste stuk tussen de bergen door prachtig was en bovendien totaal onverwacht een stuk van De Muur in beeld kwam. Dat valt dus niet te beschrijven... Bij iedere
bocht van de snelweg is er weer een wachttoren of een stuk bekanteelde muur te zien, maar die fascinerende bouwsels verdwijnen even plotseling als ze in het landschap verschijnen. Ik zal maar niet te
veel uitwijden over de toeristenhel (Sijtje Boes valt erbij in het niet) waar we in terecht kwamen. Het zou de enorme indruk die The Great Wall maakt schade doen. We hebben een flink stuk gelopen
richting het oosten, met onwaarschijnlijke uitzichten op het deel van de muur die naar het westen loopt. Stralend weer, frisse wind, niet overmatig veel mensen, het was heel goed te doen, maar we
besloten toch niet heel ver te gaan - afdalen over de steile helling was geen erg aanlokkelijk vooruitzicht. Wat we zagen staat voor altijd op ons netvlies en in ons geheugen gegrift, een 'once in a
lifetime experience'. Bovendien was de anderhalf uur 'muurpermissie' niet echt ruim bemeten voor een grote klimpartij. De aan het begin van de Muur gemaakte groepsfoto-met-gids was listig ingeschoven
in een fotoboek, dat we dus ook hebben gekocht... Zulke prachtplaatjes van de Muur kun je als gewone sterveling nooit maken maar wil je toch wel hebben. En nóg was het niet op: de excursie voorzag
ook nog in een theedemonstratie en -proeverij bij Dr. Tea, het staatsbedrijf in Chinese thee, waar een lieftallige dame ons de beginselen van thee uitlegde en aan het eind een 'speciale aanbieding
voor deze groep' op tafel zette, met als dieptepunt de 'peeing happy baby', een afzichtelijk babypoppetje van klei dat, overgoten met heet water (ik hoor jullie al denken...) het Brusselse Manneken
Pis naar het kroontje stijgt met zijn waterstraaltje. Maar de Oolong die we proefden en kochten is verrukkelijk, en die plaspop raken we nog wel ergens kwijt. Om 7 uur waren we eindelijk thuis en
kijken we terug op een dag die we grotendeels doorbrachten in de bus en daartussendoor jakkerend langs de bezienswaardigheden om toch vooral niet te laat te komen bij het volgende evenement. En tóch
was het ook een geweldige dag vol onvergetelijke momenten. William was een efficiënte en zeer kundige gids die geschiedenis en zelfs dorre cijfers tot leven wist te brengen. We hebben heel wat van
hem opgestoken, kennis die ons zeker van pas gaat komen als we Verboden Stad, het volgende hoogtepunt van Beijing (gidsloos) gaan bezoeken. Al die draken die op de keizerlijke gebouwen te zien zijn,
daarvan weten we nu dat die dieren een combinatie zijn van een slangenlijf, vissenschubben, adelaarsklauwen, tijgerogen en een hertengewei - de draak kan in alle elementen leven, en verbeeldt de
keizer die dat ook geacht werd te kunnen. En dat keizertje te paard dat je overal op de uiteinden van daken ziet? Dat is niet de keizer maar 'de onsterfelijke' die een haan berijdt, met in zijn
gevolg fabeldieren met symbolische betekenis. Wie dat op zijn dak heeft, weet zich goed beschermd tegen het kwaad...
Reacties
Reacties
katinka van hall
15 sep. 2012, 18:23
Merken jullie iets van de animositeit tussen China en Japan over eilandjes? Vandaag werd de Japanse Ambassade in Peking bestormd.
Raya
16 sep. 2012, 04:24
We zagen het net op het Chinese nieuws, maar we hebben err niets van gemerkt, maar we waren natuurlijk ook de hele dag de stad uit.
Ingrid
16 sep. 2012, 07:49
Geweldig jullie verhalen, zo 'reis' ik een beetje met jullie mee!
M61
16 sep. 2012, 13:37
Prachtig verslag, feest van herkenning!
Els
16 sep. 2012, 18:26
Wat jammer dat je maar zo kort bij de Mingtombes was, hebben jullie de Holy Road daar niet bewandeld? En ja, in Badaling is het meest toeristische deel van de muur, maar dat doet niets af aan het feit dat je toch maar mooi op die muur staat! Dat pakt niemand je meer af.
Raya
17 sep. 2012, 03:06
De Holy Road is gesneefd in de file... We troosten onszelf dat we nu eenmaal niet alles kunnen zien, en deze trip was de enige die we georganiseerd deden. Zelf nemen we voor wat we willen zie ruim de tijd, zo'n been there done that actie is zó niets voor ons. Maar als je en Chinees vertekt dat we een volle dag in Temple of Heaven waren vindt-ie dat onbegrijpelijk... Vandaag doen we een hele dag Zomerpaleis, park en dingen bekijken!
mariella
17 sep. 2012, 15:12
fijn fijn fijn dames! En wat n prrrrachtige foto ook hierboven, van de bergen enzo...